Elke band wordt zorgvuldig door opgeleide inspecteurs nagekeken. Bovendien worden speciale machines ingezet om zelfs kleine onvolkomenheden op te sporen. Kwaliteitscontroleurs halen willekeurig banden van de lijn en snijden ze open om ze in detail te onderzoeken. Bovendien worden sommige banden van de productielijn genomen en afzonderlijk onder een röntgenmachine gehouden om inwendige gebreken vast te stellen. Alle banden moeten aan de strenge Fulda-normen voldoen.
Koordlaag: Het geraamte van een band bestaat uit materiaallagen, koordlagen genaamd. Koordlagen beperken de elasticiteit en houden de band toch soepel. Ze worden meestal vervaardigd uit strengen van geweven vezels, die met rubber zijn gecoat. Een band wordt verstevigd met een zogenaamde karkaskoordlaag, die rechtstreeks op de binnenvoering van de band wordt gelegd.
Gordel: Geweven platen uit staaldraad worden met rubber gecoat en rond de band geplaatst. Zulke gordels bieden stijfheid en verstevigen de band. Met het oog op meer duurzaamheid en weerstand tegen lekrijden, omvatten sommige bandmodellen Kevlar-strengen.
Schouder: De schouder van een band is een smalle, schuine rand tussen het profiel en de wang. Het is cruciaal voor het bochtgedrag.
Lamel en groef: Via de diepe groeven tussen de profielblokken voert de band water af. De kleinere groeven in de profielblokken heten lamellen. Ze dienen om 's winters grip te hebben op sneeuw en ijs.
Hielen: Hielen vormen de hermetische dichting tussen de wielvelg en de band. Ze worden vervaardigd uit gevlochten, hoogwaardig staal, dat met rubber is gecoat.
Wang: Op de buitenkant van de wang prijkt de noodzakelijke fabrikantinformatie voor de band. De wang zelf reikt van de hiel tot het profiel. Dit onderdeel uit ultradik rubber biedt zijdelingse stabiliteit.
Profiel: Het profiel is de plaats waar het rubber de weg raakt. Het biedt u zowel grip als schokdemping. Vele van de belangrijkste eigenschappen van de band hangen af van de rubbersamenstelling en het profielontwerp ervan.
Rib: Sommige banden zijn uitgerust met een versterkende rib. De rib reikt tot het midden, hetzij het zwakste deel van de band.